begin

Het begin

In het begin van dit project maak ik, meestal alleen, vele lange wandelingen. Tijdens deze wandelingen vind ik veren, waaraan ik dikwijls iets beleef van mezelf.
Ik vind vertrapte, met bloed besmeurde en zwaar beschadigde veren. Veren waaraan duidelijk is te zien welk een strijd er heeft gewoed, en veren die al hun verige eigenschappen hebben verloren en nu alleen nog maar aanvoelen als touw. Maar ik vind ook zachte, donzige veren en uiterst tere fragiele veren. Al deze veren vertellen me een verhaal en brengen me weer in contact met mijn eigen verhaal. Daarover schrijf ik en zo ontstaat de tekst voor mijn eerste 2 boeken in tekst, textiel en veren.

Onderwijl ga ik verder met het bewerken van veren. Ik verpak ze in plastic en ik stik er overheen met de naaimachine. Ik begin ook met het maken van een groot warm en zacht nest.

veren met de hand aan wollen koorden genaaid

Maandenlang ben ik bezig om duizenden veertjes vast te naaien aan lange wollen koorden, die ik verwerk in de opstaande randen van het nest.
Voor de bodem gebruik ik koorden van recycle-materiaal. Ik verwerk hierin plastic, videobanden, repen bruine stof en netten van openhaardhout en aardappelen.
Het grote ellipsvormige nest wordt uiteindelijk ongeveer 120 centimeter lang en 1 meter breed.

Ontwikkeling
Terwijl ik bezig ben met het maken van het enorm grote nest en het schrijven van de boeken, komt er een innerlijk proces op gang. Ik voel de ongehuilde tranen prikken achter mijn ogen, ik voel mijn verdriet, de verdrongen woede en mijn schaamte opnieuw in alle hevigheid.
Ik word me pijnlijk bewust hoe groot de invloed van het pesten is geweest en nog is. Tegelijk voelt het werken aan het nest, met de zachte wol en veren troostrijk.

Enorm groot nest, opgebouwd met duizenden veertjes

Uiteindelijk komen ook mijn ongehuilde tranen los en ik bereik bij het schrijven het moment waarop ik mijn lagere schooltijd afsluit. Het pesten is dan zo goed als voorbij, maar het schelden klinkt nog na in iedere cel van mijn lichaam. Het gevoel van afwijzing overheerst en is bepalend geworden voor mijn doen en laten. De volgende stap is dan om heel eerlijk en open te kijken naar de ongezonde overtuigingen en patronen, die in de plaats van mijn ik zijn gekomen. Ik doe dit aan de hand van dierlijke eigenschappen die ik in mezelf herken.
Het herkennen van ongezonde denk- en leefpatronen in mezelf is aan de ene kant confronterend, maar aan de andere kant een eerste stap in de richting van vrijheid.
Het begin van verandering is het erkennen van een probleem; alleen wat ik eerlijk onder ogen durf te zien, kan ik veranderen.